Het repetitieproces en het presenteren van een voorstelling op het podium zijn belangrijke aspecten van het studieprogramma.
In het presentatie- en uitvoeringsgerichte onderwijs staan repertoirestudie, repetities en uitvoeringen van bestaande en nieuwe choreografieën centraal. Op deze manier verwerft de student inzicht in en doet ervaring op met de manier waarop diverse componenten van een choreografie samenkomen in een artistiek werk: danstechniek en -stijl, analyse en begrip van beweging, vorm, structuur, muziek en muzikale structuren, gebruik van ruimte, samenwerking met andere dansers, etc. Verschillende choreografen uit het professionele veld worden uitgenodigd om met de studenten te werken.
Voorstellingen tijdens het academiejaar zijn gepland in twee of drie periodes:
- november/december: studiopresentaties en het choreografisch project
- februari: demonstratievoorstellingen (mogelijk)
- juni/juli: eindvoorstellingen.
Daarnaast kunnen de studenten podiumervaring opdoen als onderdeel van het corps-de-ballet tijdens de grote klassieke producties van Het Nationale Ballet (The Sleeping Beauty, Giselle, Het Zwanenmeer, La Bayadère, etc.). Tijdens deze producties leren studenten zich aan te passen aan het gehele repetitieproces dat een repertoireensemble kenmerkt, van het aanleren van de choreografie via repetities in de studio en op het podium, tot de uiteindelijke presentatie tijdens de voorstellingen.
De bijdrage van de student aan het repetitieproces en de voorstellingen wordt geëvalueerd door de choreograaf/repetitor. De prestaties van een student op het podium tijdens een voorstelling worden geëvalueerd met mondelinge feedback van de docenten, choreograaf en artistiek directeur.