Jaar, duur
AD1
Studielast
Projectmatig
Bouwt deze competenties op
1. Creatieve vaardigheden
2. Technische vaardigheden
3. Probleemoplossende vaardigheden
4. Communicatieve vaardigheden
5. Capaciteit voor groei en innovatie
6. Samenwerkingsvaardigheden
Inhoud van de cursus
De lessen moderne techniek bereiden de student voor op neoklassiek en moderner repertoire door het opbouwen van een ander vocabulaire, waarbij de klassieke opleiding van de student niet uit het oog wordt verloren. Enkele doelen voor deze lessen zijn:
Leerdoelen
De student:
- Krijgt toegang tot zijn techniek door beweging, niet door plaatsing.
- Communiceert concepten fysiek, intellectueel en filosofisch. Creëert de mogelijkheid om zijn lichamelijkheid aan te boren vanuit andere delen van zichzelf en bouwt zo een hele artiest op.
- Leert te werken met gereedschap, niet met stappen.
- Demonstreert zijn werk met een duidelijke intentie.
- Is in staat om dit proces mondeling en schriftelijk te delen door middel van toegewezen taken, waardoor zelfbewustzijn ontstaat in zijn ontwikkeling, persoonlijke doelen en prestaties.
- Leert uitmuntendheid van zichzelf te verwachten. Leert hoe te werken, door nuance te vinden in zijn beweging en artisticiteit.
- Leert danstechniek gebaseerd op de wetenschap van het menselijk lichaam zoals we dat vandaag de dag begrijpen, door techniek gebaseerd op esthetiek of voorkeur te vermijden.
- Leert verantwoordelijkheid te nemen voor zijn rol. De student wordt uitgenodigd om deel te nemen aan een functionele dialoog en te helpen bij het creëren van een omgeving waarin iedereen wordt ondersteund, gehoord en beschikbaar is om het beste uit zichzelf te halen.
Werkvormen
De student krijgt les in materiaal en repertoire in groepslessen en wordt gevraagd hierop te reflecteren zoals aangegeven in de leerdoelen.
Studiemateriaal (vakliteratuur, casuïstiek, opdrachten, video's, etc.)
Geen. Wel moet de student erop gewezen worden dat hij/zij verder onderzoek moet doen naar andere stijlen, choreografen en gezelschappen.
Beoordelingsmethode
Evaluatie en voortdurende feedback en feedforward via mondelinge en schriftelijke verslagen.
Beoordelingscriteria
1) 1, 2 3, 5
2) 1, 2, 3, 4
3) 1, 2, 3, 4
4) 1
5) 1, 2, 3, 4, 5
6) 1, 2, 3, 4
Opmerkingen met betrekking tot de algemene context van het studieprogramma (bijv. aansluitende en sequentiële vereisten), of andere opmerkingen
Koppelingen met repertoireklassen.