Voertaal
Het onderwijs wordt gegeven in het Engels. Tijdens de selectieprocedure is de Engelse taalvaardigheid van studenten getoetst door middel van een gesprek en een schriftelijke opdracht. Criteria voor het bepalen van het gewenste taalniveau zijn dat studenten zich zowel mondeling als schriftelijk genuanceerd moeten kunnen uitdrukken.

Indeling van het studiejaar
Het studiejaar omvat 40 weken. Gedurende 40 weken wordt gewerkt volgens een vast rooster conform de jaarplanning van de opleiding. Deze jaarplanning is ingedeeld in twee semesters (september – december en januari – juli) en 5 blokken (blok 1 tot de herfstvakantie, blok 2 tot de kerstvakantie, blok 3 tot de krokusvakantie, blok 4 tot de meivakantie en blok 5 tot de zomervakantie). Tijdens de intrainweken (bij aanvang van het schooljaar)  is er een gezamelijke introductie en werken de studenten samen  in een een fysieke workshop  en  zijn er lessen met betrekking tot meer algemene onderwerpen (zoals dansgezondheid en zakelijke aspecten van de beroepspraktijk). Een aantal keer per jaar staat het rooster in het teken van voorstellingen en presentaties, ook in het kader van het IT’s Festival Aan het eind van het jaar is er een aftrainweek.

Data van tentamens, examens, presentaties en voorstellingen zijn opgenomen in de jaarplanning van de opleiding.

Studielast
De studielast van het programma is gemiddeld 40 uur per week en bestaat uit contacturen, waarin de student deelneemt aan lessen, en daaraan verbonden zelfstudie uren, waarin de student in het kader van de contacturen zelfstandig werkt of studeert. Bij het maken van de jaarplanning wordt getracht de studielast zo evenwichtig mogelijk over het jaar te verdelen. Met name tijdens voorstellingsperioden kan de studielast echter tijdelijk hoger zijn. Dit is echter een goede voorbereiding op de beroepspraktijk, waar piekperiodes rond voorstellingen ook aan de orde zijn. Gedurende de stage is de studielast mede afhankelijk van het dansgezelschap waar de student stage loopt en de taak die hij daar krijgt toegewezen.

Groepsgrootte
Bij alle lessen wordt in principe een groepsgrootte gehanteerd van zo’n tussen de 12 en 18 studenten. Bij enkele gastlessen, ondersteunende vakken of de gezamenlijke theorielessen kunnen maximaal 30 studenten de les volgen. De reden hiervoor is dat in het kunstvakonderwijs de student in de gelegenheid gesteld moet worden zich persoonlijk te ontwikkelen. Een dergelijke ontwikkeling kan alleen adequaat worden begeleid wanneer de groepen niet te groot zijn en de docent elk individu aandacht kan geven. 

Contacturen
In een beroepsopleiding is het gewenst dat de student tijdens de studie steeds zelfstandiger gaat werken. De docenten nemen daarom in de loop van de studiejaren een steeds meer begeleidende attitude aan.

Zelfstudie
Van de dansstudent worden nieuwsgierigheid, eigen initiatief en een onderzoekende houding verwacht. Er wordt van uitgegaan dat hij zelfstandig kennis en vaardigheden verwerft door bestudering van de stof, het schrijven van verslagen, het doen van onderzoek en het beschrijven van de resultaten daarvan en het maken van voorstellingen. De student wordt gedurende het hele studiejaar gestimuleerd de studie bij te houden, opdat zo min mogelijk werkpieken ontstaan.

Begeleiding
Gedurende de hele studie is een vast uur in de week ingeroosterd voor individuele of groepsbegeleiding door een studiebegeleider. In de propedeutische fase en hoofdfase zijn er twee evaluaties of beoordelingsmomenten: in december en juni voor de tweede- en derdejaars en in februari en juni voor de eerstejaars. Hierbij wordt gekeken naar de resultaten van het ontwikkelingsproces van de student, presentaties en aanwezigheid. De theorievakken worden getoetst door middel van tentamens en werkstukken.

Samenwerkingsverbanden
Er is structureel overleg tussen de dansopleidingen van de Academie voor Theater en Dans. Naast de opleiding Moderne theaterdans zijn dat de Nationale Balletacademie, de opleiding Urban Contemporary, de School voor Nieuwe Dansontwikkeling en de opleiding Docent dans. Ook is er de master DAS Choreography. De opleidingen hanteren een gemeenschappelijke visie op dansonderwijs en werken met een geïntegreerde jaarplanning.
 

Delen