De hedendaagse dans onderscheidt zich door een voortdurende ontwikkeling van nieuwe vormen en niet aflatend onderzoek naar de mogelijkheden van dans. Nieuwe inzichten op het gebied van kunst, theater, menselijke beweging en het functioneren van het menselijk lichaam worden met creativiteit geïntegreerd in de moderne danskunst. Reeds vanaf het begin van de moderne dans aan het eind van de negentiende eeuw, zijn choreografen op zoek naar een unieke, individuele bewegingstaal die recht doet aan hun persoonlijke en een eigentijdse beleving van de werkelijkheid. Het bewegingsonderzoek uit de jaren zestig kenmerkte zich door de radicale vragen omtrent dans als kunstvorm. In het werk uit de jaren zeventig werden de grenzen tussen dans en theater verkend.
Aan het begin van de eenentwintigste eeuw is het palet van stilistische en technische vaardigheden dat een hedendaagse danser dient te beheersen enorm uitgebreid. Een groot deel van de verschillende vocabulaires bevat explosief, dynamisch en snel materiaal waarbij het uiterste van de danser wordt geëist op het gebied van flexibiliteit en coördinatievermogen.
In conceptueel werk is de creatieve bijdrage van de danser groot en zijn improvisatie- en theaterkwaliteiten belangrijk. Ook nieuwe media spelen in toenemende mate een rol in de enscenering van het bewegende lichaam op het podium.
Het huidige werkveld van de hedendaagse dans is uitgestrekt, divers en dynamisch. Regelmatig vormen zich rondom individuele choreografen nieuwe (soms tijdelijke) productiekernen of (kleine) gezelschappen. Bij deze kleine, soms experimentele gezelschappen of productiekernen komen producties tot stand rondom een bepaalde choreograaf of vanuit initiatieven waarin dansers samenwerken. Daarnaast worden voorstellingen gerealiseerd door de artistiek leiders en gastchoreografen van de structureel gesubsidieerde (middel)grote gezelschappen en binnen de productiehuizen, voor doelgroepen variërend van peuters tot hoogbejaarden.
In alle gevallen speelt de danser in toenemende mate een actieve rol in het maakproces en dient hij in staat te zijn te improviseren en bij te dragen aan de compositie of de inhoud van de voorstelling. Een hedendaagse danser van de 21e eeuw moet met andere woorden kennis en vaardigheden bezitten – en kunnen inzetten - in een breed werkveld.
Binnen deze uitgestrektheid, dynamiek en diversiteit moet elke danser zijn eigen weg vinden. Daarom is het van belang dat hij een goed beeld heeft van zijn eigen vaardigheden en kwaliteiten en de vereisten die het werken met een bepaalde choreograaf, gezelschap of doelgroep aan hem stelt. Zeker in een tijd waarin projectmatig werken voor dansers betekent dat zij in uiteenlopende verschillende samenwerkingsverbanden werken. Het afronden van een opleiding betekent dan ook niet het einde van het leerproces. Meer dan ooit wordt van een danser verwacht dat hij blijft leren en open staat voor nieuwe mogelijkheden op het gebied van bewegen en maken van theatervoorstellingen. Deze kwaliteiten zullen hem in zijn eventueel volgende beroep - het gaat in de danskunst tenslotte om een relatief korte carrière - ook tot nut zijn.