Alle HBO-docenten en gastdocenten / repetitoren

Jaar, duur
AD1

Studiebelasting (wekelijks)
90 minuten

Bijdrage aan de competenties
1. Creatief vermogen
2. Technisch vermogen
3. Probleemoplossend vermogen
4. Communicatief vermogen
5. Vermogen om te groeien en zich te ontwikkelen
6. Vermogen tot samenwerken

Korte samenvatting van de inhoud
Workshops zijn repertoirelessen die zich intensief (in korte tijd) richten op een bepaald werk, onderdeel van een ballet of een bepaalde choreograaf en stijl.
De student maakt kennis met een andere stijl, een andere manier van werken en wordt uitgedaagd om de geleerde techniek toe te passen in een situatie zoals die in het vakgebied en vaak buiten de "comfortzone" zou liggen. Workshops zijn vaak gerelateerd aan demonstratie- of eindvoorstellingen en kunnen worden gebruikt om een bepaald werk voor te bereiden of te bestuderen voor deze voorstellingen.
Soms ligt de focus in een workshop op een bepaalde choreograaf en bijbehorende technieken, manier van werken, denken en toepassen.

Workshops kunnen ook op andere momenten in het jaar opgebouwd worden rond specifieke thema's, gesprekken met professionals uit het werkveld, het aanleren van make-up vaardigheden of andere vereiste theatrale vaardigheden of specifieke korte termijn trainingsdoelen hebben (bijvoorbeeld door middel van Acceptatie en Commitmenttherapie sessies).

Leerdoelen
De student:
-    ontwikkelt kennis van nieuwe stijlen, werken, repertoire of werkmethoden van een bepaalde choreograaf in een zeer gerichte periode.
-    toont een gevoel voor dans dat breder is dan de klassieke ballettaal en kan de geleerde techniek toepassen op andere stijlen en vormen en is in staat om verbanden te leggen of verschillen te begrijpen en deze actief fysiek te begrijpen en toe te passen.
-    kan aan het einde van een periode fysiek een andere stijl uitvoeren en heeft ook de kennis om de verschillen in woorden uit te leggen.
-    toont een gevoel voor verschillende stijlen en ontwikkelt persoonlijkheid in dansstijlen
-    in staat is om een repertoirestuk uit te voeren tijdens optredens
-    begrijpt hoe repertoire op veel verschillende manieren kan worden geleerd in verschillende groepen en is in staat om een actieve rol te spelen in de repetities en om individueel te zijn.
-    is goed voorbereid op audities door kennis van verschillende gezelschappen en choreografen en kan er meer specifiek en actief over nadenken en zich een mening vormen.
-    Verwerft andere vaardigheden dan dansvaardigheden die nodig zijn om in het theater te werken.

Gebruikte methode(n)
In groepslessen leert de student materiaal en repertoire.
Onderzoeksopdrachten naar andere stijlen, methoden en technieken. Gastdocenten en repetitoren leiden vooral de lessen.

Gebruikt studiemateriaal (vakliteratuur, casestudy's, opdrachten, video's, etc.)
Geen. Wel moet de student worden uitgedaagd om verder onderzoek te doen naar andere stijlen, choreografen en gezelschappen. Link naar Dansgeschiedenis en Studiebegeleiding en Repertoiretoire Lessen.

Beoordelingsmethode
Evaluatie en feedback op presentatie. Het werk wordt vervolgens uitgevoerd als onderdeel van demonstraties en voorstellingen.

Beoordelingscriteria
1) 1, 2 3, 4, 5
2) 1, 2, 3, 4, 5, 6
3) 1, 2, 3, 4
4) 1, 2
5) 1, 2, 3, 4, 5
6) 1, 2, 3, 4

Opmerkingen
Gekoppeld aan de lessen dansgeschiedenis, studiebegeleiding en repertoire.

 

Delen